Jeremia 30:21

SVEn zijn Heerlijke zal uit hem zijn, en zijn Heerser uit het midden van hem voortkomen; en Ik zal hem doen naderen, en hij zal tot Mij genaken; want wie is hij, die met zijn hart borg worde, om tot Mij te genaken? spreekt de HEERE.
WLCוְהָיָ֨ה אַדִּירֹ֜ו מִמֶּ֗נּוּ וּמֹֽשְׁלֹו֙ מִקִּרְבֹּ֣ו יֵצֵ֔א וְהִקְרַבְתִּ֖יו וְנִגַּ֣שׁ אֵלָ֑י כִּי֩ מִ֨י הוּא־זֶ֜ה עָרַ֧ב אֶת־לִבֹּ֛ו לָגֶ֥שֶׁת אֵלַ֖י נְאֻם־יְהוָֽה׃
Trans.wəhāyâ ’adîrwō mimmennû ûmōšəlwō miqqirəbwō yēṣē’ wəhiqəraḇətîw wənigaš ’ēlāy kî mî hû’-zeh ‘āraḇ ’eṯ-libwō lāḡešeṯ ’ēlay nə’um-JHWH:

Algemeen

Zie ook: Hart (lichaamsdeel)

Aantekeningen

En zijn Heerlijke zal uit hem zijn, en zijn Heerser uit het midden van hem voortkomen; en Ik zal hem doen naderen, en hij zal tot Mij genaken; want wie is hij, die met zijn hart borg worde, om tot Mij te genaken? spreekt de HEERE.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

הָיָ֨ה

-

אַדִּיר֜וֹ

En zijn Heerlijke

מִמֶּ֗נּוּ

-

וּ

-

מֹֽשְׁלוֹ֙

zal uit hem zijn, en zijn Heerser

מִ

-

קִּרְבּ֣וֹ

uit het midden

יֵצֵ֔א

van hem voortkomen

וְ

-

הִקְרַבְתִּ֖יו

en Ik zal hem doen naderen

וְ

-

נִגַּ֣שׁ

en hij zal tot Mij genaken

אֵלָ֑י

-

כִּי֩

-

מִ֨י

-

הוּא־

-

זֶ֜ה

-

עָרַ֧ב

borg worde

אֶת־

-

לִבּ֛וֹ

want wie is hij, die met zijn hart

לָ

-

גֶ֥שֶׁת

om tot Mij te genaken

אֵלַ֖י

-

נְאֻם־

spreekt

יְהוָֽה

de HEERE


En zijn Heerlijke zal uit hem zijn, en zijn Heerser uit het midden van hem voortkomen; en Ik zal hem doen naderen, en hij zal tot Mij genaken; want wie is hij, die met zijn hart borg worde, om tot Mij te genaken? spreekt de HEERE.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!